Bij de bovengenoemde voertuigen kan een verkeerd uitgevoerde serviceprogrammering of verkeerde codering tot gevolg hebben dat de aircocompressor niet meer wordt aangestuurd.
Het signaal van de aan-uitschakelaar van het aircosysteem wordt doorgestuurd naar het boordnetregelapparaat.
Dit communiceert via de CAN-bus met het motorregelapparaat. Het relais van de compressorkoppeling wordt aangestuurd via het motorregelapparaat. Met een diagnoseapparaat kan niet alleen het storingsgeheugen worden uitgelezen, maar ook kan door middel van een actuatortest de functie van de magneetkoppeling worden gecontroleerd. Daarnaast kan het diagnoseapparaat 'herkennen' in hoeverre het in- en uitschakelsignaal van de schakelaar bij het regelapparaat aankomt.
Als de zekeringen en de bekabeling in orde zijn, de aansturing van de magneetkoppeling en de schakelaar zijn gecontroleerd en er geen systeemrelevante storingscodes in het regelapparaat zijn opgeslagen, kan het probleem mogelijk worden opgelost door het regelapparaat opnieuw te coderen/de serviceprogrammering opnieuw uit te voeren.
Dit dient te gebeuren door een geautoriseerde dealer.
Belangrijke veiligheidsinstructie
Helemaal niet nuttig
Zeer nuttig