Bij bovengenoemde voertuigen kan de voorruitwisser een onjuiste werking vertonen.
Ondanks dat het contact ingeschakeld is en het voertuig met draaiende motor stilstaat of met kruipsnelheid rijdt, werkt de voorruitwisser niet. Misleidend is dat de ruitenwisser vanaf een snelheid van ca. 25 km/h weer in werking treedt.
In het storingsgeheugen van het voertuig is geen storing opgeslagen.
In deze situatie moeten allereerst de zekeringen en kabelverbindingen worden gecontroleerd. Als hierbij geen storing kan worden vastgesteld, moet het motorkapcontact worden gecontroleerd.
Deze voertuigen zijn uitgerust met een veiligheidsschakelaar die ervoor zorgt dat de ruitenwisserarm niet tegen een geopende motorkap kan slaan. Als er geen feedback van het motorkapcontact wordt ontvangen, wordt de werking van de ruitenwisser niet vrijgegeven door het bedieningsapparaat.
Om deze storing te verhelpen, moet het motorkapcontact worden gereinigd en gecontroleerd, en zo nodig worden vervangen.
Belangrijke veiligheidsinstructie
Helemaal niet nuttig
Zeer nuttig