Wanneer bij de bovengenoemde voertuigen wordt gemeld dat de achterverlichting niet werkt, kan als mogelijke oorzaak worden gedacht aan een defecte voertuigniveausensor.
Mogelijk verschijnt op het multifunctiedisplay (EMF) van het dashboard de melding 'Bochtenverlichting defect' en knippert tegelijkertijd het controlelampje voor het dimlicht.
Andere aanwijzingen voor het bovengenoemde storingsbeeld zijn bijv.:
- de stand van de koplampen. Deze staan in de middenstand of zijn iets naar onderen gericht. De stand van de koplampen kan ook door draaien aan het stuur/verandering van de stuurhoek niet worden veranderd.
- Daarnaast werkt het luchtveersysteem niet goed.
- Bij deze storing wordt er niet altijd een storingscode opgeslagen.
Deze storingsbeelden met de vermelde verschijnselen wijzen eveneens op een defecte voertuigniveausensor. Beide systemen, verlichting en luchtveersysteem, hebben het signaal van de voertuigniveausensor nodig. Wanneer de verlichtingsinstallatie geen signaal of een onaannemelijk signaal krijgt, komen de koplampen in de noodmodus te staan.
Ga in een dergelijk geval als volgt te werk:
- Controleer de steekverbinding en de bedrading van de sensor(en). Indien daar geen problemen te vinden zijn, kan worden uitgegaan van een interne storing in de sensor. In dit geval kan de sensor beschadigd zijn door corrosie of scheurvorming.
- Vervang de voertuigniveausensor.
Aanbeveling:
- Voor de stekkermontage verdient het aanbeveling Hella speciale spray te gebruiken. Deze beschermt en isoleert alle elektronische en elektromechanische componenten permanent tegen lekstromen, kortsluiting en corrosie door sproei- en condenswater, vollopen of een hoge luchtvochtigheid.
- Hella artikelnr.: 9XH 184 965-802 (MPS 100)
Veer het voertuig vervolgens in en stel de koplampen in volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
MPS 100
Belangrijke veiligheidsinstructie
Helemaal niet nuttig
Zeer nuttig