Service-informatie elektrische vacuümpomp
Hier vindt u nuttige kennis en waardevolle tips over alle aspecten van elektrische vacuümpompen.
Belangrijke veiligheidsinstructie
De volgende technische informatie en praktische tips zijn door HELLA ontwikkeld om autogarages bij hun werkzaamheden professioneel te ondersteunen. De op deze website beschikbare informatie mag alleen worden gebruikt door vakmensen die in de desbetreffende materie zijn opgeleid.
In deze video laten we u de relevante inbouwposities en systeemcomponenten zien en leggen we aan de hand van het voorbeeld van een Opel de test en foutdiagnose van de elektrische vacuümpomp uit.
Voor voertuigen die afhankelijk van het motorconcept te kort of geen onderdruk beschikbaar hebben voor de werking van de reminstallatie, worden elektrische vacuümpompen gebruikt om de betrouwbare werking van het rembekrachtigerssysteem te garanderen. De elektrische vacuümpomp zorgt ervoor dat een betrouwbare werking van het remsysteem, dat met pneumatische remkrachtondersteuning werkt, in stand wordt gehouden.
In de volgende motorconcepten kunnen elektrische vacuümpompen worden toegepast:
Voordelen van een extra ingebouwde elektrische vacuümpomp:
De draaischuifpomp, ook genoemd vleugelcelpomp, is een verdringerpomp die is ontworpen voor zuig- en drukopgaven . De werking van de vacuümpomp is gebaseerd op het principe van de draaischuifcompressie.
In de pomp bevindt zich een rotor die t.o.v. de pompkamer buiten het midden is aangebracht. In deze rotor kunnen een of meerdere beweeglijke schuiven zijn gemonteerd. Door de elektromotor wordt de pompas en zodoende de rotor in een draaibeweging gebracht. De beweeglijke schuiven worden door de centrifugaalkracht tegen de binnenwand van de pompkamer gedrukt en dichten de cellen af. Daarbij wordt de lucht in de door de huiswand en door twee schuiven gevormde cellen van de zuigzijde naar de drukzijde verdrongen.
Deze verandering in celvolume zorgt voor een onderdruk, het effect hiervan is dat lucht uit de rembekrachtiger via het pneumatische leidingsysteem wordt aangezogen door de vacuümpomp.
Als inbouwpositie voor de vacuümpomp wordt in het algemeen het carrosseriegedeelte in de motorruimte gepland. Afhankelijk van het voertuig kan de pomp links of rechts naast de motor of op het onderste hulpframe (motordrager) zijn bevestigd. Om akoestische redenen (overdracht contactgeluid) worden de pompen op een drager met overeenkomstige ontkoppelingselementen (trillingsdempers) bevestigd.
De elektrische vacuümpomp is via een zuigaansluiting met het flexibele pneumatische leidingsysteem van de reminstallatie verbonden. De aangezogen lucht komt gefilterd uit het passagiersgedeelte via de rembekrachtiger en het flexibele leidingsysteem naar de vacuümpomp. De pneumatische leidingen, ventielen en de rembekrachtiger moeten vrij zijn van partikels en verontreinigingen die door het aanzuigen tot beschadiging van de pomp kunnen leiden.
Afhankelijk van het voertuigtype en de toepassing kan de vacuümpomp in twee varianten zijn gemonteerd. Hier wordt een verschil gemaakt tussen gestuurde en geregelde vacuümpompen.
De volgende effecten kunnen bij de uitval van de vacuümpomp optreden
De volgende oorzaken kunnen voor de uitval van de elektrische vacuümpomp verantwoordelijk zijn
In het verdere verloop wordt exemplarisch de diagnose aan een Opel Cascada 1,4i 16V Turbo, bouwjaar 2013 met een mega macs 77 diagnose-apparaat weergegeven, kan echter op soortgelijk gebouwde voertuigmodellen worden overgedragen. Bij dit voertuig met turbolader en STOP-START-systeem is een HELLA UP28 vacuümpomp met druksensor op de rembekrachtiger gemonteerd.
De elektrische vacuümpomp resp. de functie wordt door de desbetreffende overkoepelende regeleenheid bewaakt. Optredende fouten worden in het foutgeheugen van de regeleenheid geregistreerd en kunnen met een geschikt diagnoseapparaat worden uitgelezen. Bovendien wordt aan de bestuurder bij een systeemfout een waarschuwing in het display van het combi-instrument getoond.
Alvorens echter met de regeleenheid-diagnose wordt begonnen, wordt aanbevolen om in het kader van de opsporing van fouten eerst een visuele controle aan de afzonderlijke systeemcomponenten uit te voeren. In dit verband moeten de pneumatische en elektrische aansluitingen van de vacuümpomp en de toestand van alle verdere onderdrukleidingen naar de rembekrachtiger worden gecontroleerd. Zo kunnen tijdens de regeleenheid-diagnose enkele fouten worden uitgesloten.
Een eenvoudige functiecontrole van de elektrische vacuümpomp kan in het voertuig als volgt worden uitgevoerd.
Wanneer systeemtechnisch alles in orde is, moet gelijktijdig de vacuümpomp tijdelijk hoorbaar starten en de benodigde onderdruk in de rembekrachter verhogen resp. verlagen.
Optioneel kan ook indien nodig een diagnose-apparaat worden aangesloten om het drukproces in de rembekrachtiger via de functie "Parameter" weer te geven.
In het kader van een regeleenheid-diagnose kunnen naar behoefte verschillende functies en voertuiginformatie worden geraadpleegd.
De desbetreffende testdiepte en de veelheid aan functies kunnen naargelang de voertuigfabrikant verschillen en zijn afhankelijk van de systeemconfiguratie van de regeleenheid.
Op grond van de montagepositie vindt het uitbouwen van de elektrische vacuümpomp bij dit voertuigmodel vanaf de onderzijde van de auto plaats en kan zonder speciaal gereedschap worden uitgevoerd.
Werkwijze
Vervolgens kan de vacuümpomp indien nodig worden vernieuwd. De inbouw gebeurt in omgekeerde volgorde. Vervolgens de functie van de elektrische vacuümpomp controleren.
In het kader van een reparatie aan de reminstallatie dient u de volgende aanwijzingen in acht te nemen:
Helemaal niet nuttig
Zeer nuttig